In 2022 startte er op de toeristische belevingssite Terhills in Dilsen-Stokkem en Maasmechelen een pilootproject met autonome, zelfrijdende shuttles. Het bedrijf EasyMile, dat de shuttles produceert, onderhoudt en garant staat voor de veiligheid van de shuttles, kondigt nu aan in financiële problemen te zitten, waardoor het genoodzaakt is om de ondersteuning van de shuttles deze lente nog stop te zetten. Dat betekent ook dat de shuttles niet meer kunnen rijden vanaf 26 mei. De shuttles rijden over een traject van 4,5 kilometer waarbij er halt wordt gehouden aan de diverse trekpleisters op de Terhills-site, die 356 hectare groot is. Met zo’n 30.0000 passagiers per maand waren de shuttles zeer populair.
De effectieve exploitatie van de shuttles werd gefinancierd door LRM, Terhills en de partners op de toeristische belevingssite. LRM bekijkt nu of en welke pistes er zijn om de shuttles op een veilige, verantwoorde manier te heractiveren.
Dit project is het eerste en enige volledig zelfrijdende vervoerssysteem van België, en is één van de meest complexe operationele projecten rond autonoom vervoer in Europa. Het benadrukt ook het belang van partijen zoals LRM, die risico’s durven nemen om nieuwe technologieën en markten een duw in de rug te geven. Hoewel dit innovatieproject nu onverwacht en vroegtijdig beëindigd wordt, heeft het project wel heel wat in beweging gezet in Vlaanderen. Zo leidde het tot de oprichting van een Taskforce Autonoom Vervoer door voormalig Vlaams minister van mobiliteit Lydia Peeters, in samenwerking met de federale overheid en diverse stakeholders. Die Taskforce effent momenteel het pad voor het toelaten van zelfrijdende voertuigen op de openbare wegen. De autonome shuttles op de Terhills-site zetten Vlaanderen ook op de kaart als pioniersregio voor innovatieve mobiliteitsoplossingen en zelfrijdende voertuigen. Daarenboven heeft dit project aan ruim 300.000 passagiers een eerste ervaring gegeven met zelfrijdende voertuigen, en hen getoond dat zelfrijdende voertuigen niet langer science fiction zijn. Uit onderzoek blijkt dat dit essentieel is om draagvlak te bouwen voor dergelijke nieuwe technologieën.